Planten en de potentie van innovatie

Planten en de potentie van innovatie

Plantkundigen zouden wel eens de grote aanjagers van innovatie kunnen worden in de 21ste eeuw, voorspelt de Duitse botanicus Wilhelm Barthlott.

In de vroege jaren zeventig had Wilhelm Barthlott geen enkele interesse in toegepaste wetenschap. Dus toen de Duitse botanicus, al wandelend door de tropische plantenkas van de universiteit van Heidelberg, opmerkte dat de bladeren van de lotusbloem nooit vies werden, terwijl andere planten wel vuil werden, ging er geen lichtje bij hem branden. Ja, Barthlott schreef wel een uitgebreide studie over de lotus, maar daarin besteedde hij slechts zijdelings aandacht aan de zelfreinigende bladeren van de plant.

Bijna tien jaar later, in 1985, dringt het pas tot de botanicus door dat hij een belangrijke ontdekking heeft gedaan. “Ik veronderstelde al die tijd dat het lotus-effect een bekend fenomeen was,” vertelt de 68-jarige Barthlott aan de telefoon vanuit Bonn, “maar er bleek in de natuurkunde helemaal geen literatuur over te bestaan.” Na talloze, vergeefse pogingen om financiering te krijgen voor vervolgonderzoek – het onderwerp paste binnen geen enkel onderzoeksfonds – krijgen Barthlott en mede-onderzoeker Christoph Neinhuis in 1992 500.000 D-Mark toegewezen voor een studie. In 1995 publiceren de onderzoekers de resultaten: de bobbelige structuur van lotusbladeren, met het blote oog onzichtbaar, zorgt ervoor dat water en vuil zich niet kunnen hechten en worden weggevoerd. Die structuur blijkt bovendien betrekkelijk eenvoudig te kunnen worden nagebootst met nano-technologie.

Lees het hele stuk hier.

Leiders in het wild

Leiders in het wild

‘Laat de oertijd een voorbeeld zijn’

‘Laat de oertijd een voorbeeld zijn’